woensdag 27 mei 2009

Is het huidige model van competentiebeheer achterhaald...?

Sir Ken Robinson, expert inzake creativiteit en innovatie in bedrijfswereld en onderwijs gaf vandaag in de Elisabethzaal in Antwerpen een inspirerende uiteenzetting over innovatie in het onderwijs. Zijn lezing kaderde in het 'Innovatie maakt school' project, waarin diverse proeftuinen proberen om hun scholen meer af te stemmen op de diverse talenten van hun leerlingen.

Kern van Robinson's betoog is dat onze scholen de creativiteit de nek omdraaien. De huidige crisis is niet alleen een teken aan de wand, maar biedt ook een kans tot verandering. Immers, als we in West-Europa de knop willen omdraaien naar een creatieve technologie, dan zal het onderwijs mee moeten veranderen. Het huidige onderwijsmodel is lineair, i.e. een stap voor stap proces (leerjaren, leerplannen), geënt op het industrieel model van de vorige eeuw met duidelijke productiesystemen en organigrammen. Het(beroeps)leven wordt echter meer en meer cyclisch, waarbij de huidige jongeren ongetwijfeld met een diversiteit aan mogelijkheden in hun professionele loopbaan geconfronteerd zullen worden. Robinson vertaalt dit in de nood aan bredere Curricula. Onderwijs moet daarbij de nadruk leggen op het creëren van de beste omgeving en randvoorwaarden waarbij de uitkomst voor iedereen anders is. Of anders gezegd: niet het industrieel geordende model, maar dat van de landbouwer die meester is in het cultiveren van randvoorwaarden en omgevingsfactoren voor een gezonde groei.

Het is duidelijk dat Robinson met enkele punten in zijn analyse de vinger op de wonde legt. Hoewel de inhoudelijk invulling van b.v. leerplannen de afgelopen decennia uiteraard sterke wijzigden, is de kern van ons onderwijssysteem weinig veranderd. Scholen hebben op dat vlak ook weinig bewegingsruimte door het stringente kader gesteld door leerplannen en eindtermen. De proeftuinen zijn een eerste voorzichtige poging om nieuwe leermodellen in de praktijk uit te werken en de heersende regels daarbij los te laten. In de praktijk blijkt echter dat de betrokken scholen zich toch nog sterk in het bestaande regelsysteem inschuiven. A long way to go dus...

Wat leert ons dit nu voor de bedrijven? Wel, het cultiveren van randvoorwaarden en omgevingsfactoren om talent maximaal te laten ontluiken en in waarde voor het bedrijf om te zetten is de uitdaging waar elke onderneming komt voor te staan. Enkel daar waar echte passie aanwezig is, zijn mensen in staat om grote sprongen te maken. Eenheidsworst is zelden een goede voedingsbodem voor het stimuleren van dergelijke passie. Waar we nood aan hebben is hoogwaardige diversiteit, ruimte om anders te zijn vertrekkende van eigen talenten.

nvdr: is het huidige model van competentiebeheer misschien achterhaald...?

woensdag 20 mei 2009

Boekbespreking: En nu laat ik mijn baard staan van Leen Zevenbergen

Een kleurrijk boek met een dergelijke mysterieuze titel en als ondertitel ‘Creatief ondernemen & sprankelend inspireren’ creëert uiteraard verwachtingen. En het mag gezegd: ze worden ingelost. Verwacht geen zoveelste managementboek dat grote theoriën verkondigt die bij navolging een garantie op succes zijn. Het boek is vooral een pleidooi voor ondernemen tout court: ondernemen is leuk en spannend en creatief ondernemen is dat nog veel meer. Leen Zevenbergen grossiert daarbij gretig uit zijn zijn eigen ervaringen en spekt het boek daarmee met praktische tips en cases voor elke ondernemer of ondernemer-in-spe. Hoewel de voorbeelden uiteraard vooral komen uit de sectoren waarin Zevenbergen actief was en is (ICT, electronica). Het boek hangt op aan de volgende vier kapstokken:

Creatief: De titel van een van de hoofdstukken uit dit deel rond creativiteit ‘Kom je spelen?’ vat het goed samen. Zevenbergen streeft binnen zijn bedrijven zelf naarhet creëren van speelruimte. Niet spelen om te spelen, maar wel om creativiteit op een spontane wijze te stimuleren. Een mooi voorbeeld is de methode van de zogenaamde Nightmare Competitor. Binnen dit spel creëren management en medewerkers hun ergst mogelijk concurrent, een concurrent die hen van de markt zou kunnen duwen. Meer dan een spel...Die ‘concurrent uit je nachtmerries’ is bijvoorbeeld een mooi toonbeeld voor een uit te stippelen strategie. Bij nader inzien ook een mooi voorbeeld als uitgangspunt van een GPS sessie (nvdr).

Ondernemen: Binnen dit deel waagt Zevenbergen zich toch even aan een klassiek managementlijstje. Ondernemen stelt hij gelijk aan de 5 D’s: dromen, denken, durven, doen en doorzetten, trouwens niet in volgorde van belang noch moeilijkheid. ‘Leer van de marktkramer’ is de belangrijkste boodschap, m.a.w. begeef je tussen je klanten en vraag hen zelf naar de klantwaarde. Logisch toch, denk je, maar in de praktijk gebeurt het zo weinig. Hebt u al aan uw klant gevraagd waarom hij/zij met u in zee gaat...?

Sprankelen: Binnen dit deel gaat Zevenbergen meer in op het belang van de bedrijfscultuur binnen creatieve organisaties. Plezier in je werk (wat iets anders is dan plezier op je werk) lukt alleen als vrije mensen de bewuste keuze maken om gezamenlijk iets te doen. Visie en leiderschap zijn de noodzakelijke ingrediënten om mensen te laten sprankelen. Survival of the the fittest komt meer en meer gelijk te staan met Survival of the Happiest.

Inspireren: Het deel rond inspireren brengt ons nog verder op de sociale waardenschaal van ondernemen en vooral bij de eerste D, i.e. ‘dromen’. Beter een verkeerde visie dan geen visie. Geen visie leidt immers tot een ongeïnspireerd, stuurloos schip. Zevenbergen hakt hier toch even in op het nog sterk aanwezige managen via hiërarchische lijnen doordat veel managers de competentie van coachend managen niet beheersen. ‘Aan hoeveel mensen geef jij leiding?’ is een onbetekende vraag. Kwaliteit boven kwantiteit.

Kortom: een inspirerend boek voor ondernemers en leidinggevenden die hun bedrijf willen doen sprankelen .

donderdag 7 mei 2009

Uitreiking Eureka awards op 16 mei. Be there...

In menige discussie over het stimuleren van ondernemerschap wordt de belangrijke rol van het onderwijs onderstreept. Veelal is daarbij de perceptie dat ons ex-cathedra onderwijs leerlingen weinig ruimte laat voor creativiteit en eigen initaitief. De Eureka wedstrijd is een zeer verdienstelijke poging om meer ruimte voor creativiteit en initiaitief binnen het vak wetenschappen. Op 16 mei 's namiddags worden de meest creatieve inzendingen bekroond in de KHK te Geel. Een gelegenheid voor ondernemers om door hun aanwezigheid die soort initiatief te steunen en ook eens kennis te maken met opborrelend creatief talent van toekomstige werknemers. Inschrijven kan via http://www.eurekas.be/inschrijven/eurekasawards/Info.asp.

Wat is de Eureka-wedstrijd?
In kleine groepjes een wetenschappelijk experiment uitvoeren in de klas, hulp vragen aan een wetenschapsmeter- of peter, het resultaat online zetten én er een mooie prijs mee verdienen.Het Eurekas-project, georganiseerd door de Hogeschool Kempen, brengt leerlingen uit het middelbaar de smaak bij van creatief initiatief nemen en het geeft bovendien leerkrachten de kans om de leerstof eens binnen een ander kader aan te brengen. De experimenten worden uitgevoerd met eenvoudige hulpmiddelen en materialen. Op de Eurekas-website staan voorbeelden ter inspiratie, een stappenplan voor de leerlingen, het wedstrijdreglement en de categorieën waarin experimenten kunnen worden ingediend om kans te maken op één van de Awards.

woensdag 6 mei 2009

Subsidies in tijden van crisis...

Afgelopen dinsdag organiseerde het Agentschap Ondernemen ism het Innovatiecentrum Provincie Antwerpen een informatieavond over subsidies voor ondernemers in Technopolis. De opkomst was overweldigend. Inschrijvingen moesten geweigerd worden aangezien het aantal de capaciteit van de grote zaal in Technopolis overschreed. Resulteert de huidige crisis in een wedrun op beschikbare subsidies?

Diverse nieuwe subsidies voor ondernemen, innoveren en internationaliseren passeerden de revue. Niet toevallig zijn dit de drie pijlers waarop de (huidige) Vlaamse Regering haar economisch en innovatiebeleid uitbouwt. De KMO-portefeuille van het Agentschap Ondernemen heeft een lage instapdrempel en biedt een mogelijke ondersteuning tot 15 000 EUR per kalenderjaar, verspreid over opleiding, ondernemingsadvies en advies voor internationalisering. Zeker voor kmo's een niet te versmaden ondersteuning. Na het eerste kwartaal is duidelijk dat de beschikbare middelen vlot worden gebruikt.

Het call-systeem van de ecologiepremie is aan zijn derde jaar toe. Het budget wordt dit jaar verhoogd tot 120 MEUR, resulterend in 3 calls van 40 MEUR. Bij de eerste call van 2009 wordt voor de eerste keer meer budget gevraagd dan voorhanden is en zullen dus de selectiecriteria effectief gehanteerd worden om een ranglijst op te stellen.

Hebben onze bedrijven door de crisis het licht van innovatie gezien? Of tracht men beschikbare resources via deze weg toch op een nuttige manier in te zetten? In elk geval is het aantal IWT dossiers voor kmo's in het eerste kwartaal van 2009 sterk toegenomen. Dat bedrijven de weg naar IWT vinden is uiteraard sterk toe te juichen. In het verleden was voor sommigen niet zelden de drempel tot indiening van een dossier nog te hoog, waardoor een beschikbare hefboom voor innovatie soms werd verwaarloosd.

Subsidies zijn zeer zelden de voedingsbodem voor een duurzame groei van een onderneming, een realiteit die b.v. sommige bioenergiebedrijven stilaan zuur opbreekt. Ze kunnen wel fungeren als een goede meststof om de kiem van een bedrijf (of een nieuwe ontwikkeling vanuit dat bedrijf) sneller te laten uitgroeien tot een gezonde plant. Laat ons hopen dat de rate race naar subsidies die op dit moment plaatsvindt niet zo zeer gebaseerd is op een poging om de boot varende te houden, maar vooral om nieuwe kiemen volop kans te geven om te ontspruiten zodat ze klaar staan tegen betere tijden.