Een
boek met als missie: ‘Bringing the Lean startup into your organisation’ trekt
meteen de aandacht. Hoewel ‘lean’ stilaan een te pas en te onpas gebruikt woord
is, meestal in combinatie met startup of innovatie, is een voorwoord van Clayton Christensen voldoende
om mij over de streep te trekken om wat tijd te reserveren voor dit nieuwe boek
van Nathan Furr en Jeff Dyer.
Het
boek trapt meteen de open deur in door een voorbeeld te geven van een startup
die alle theorieën omtrent het opstarten van een business aan haar laars
veegde: geen businessplan maar wel een kleinschalig experiment om na te gaan of
de markt interesse heeft en bereid is te betalen, geen vastomlijnd plan maar
wel de bereidheid om snel bij te sturen in functie van de nieuwe inzichten die
worden verworven. Uitgangspunt van het boek: hoe kan je in bestaande bedrijven een dergelijke aanpak ingang laten vinden? Eigenlijk is deze manier om onzekerheid
aan te pakken, vergelijkbaar met evoluties in andere domeinen zoals design
thinking binnen engineering, agile software binnen de ICT tot zelfs ‘adaptive
armies’ in militaire contreien. Kern van het boek is een proces dat
volgend stappen omvat:
- Inzicht opbouwen in mogelijke klantennoden
- Probleem/wens van klanten achterhalen, i.e. de job-to-be-done
- Prototype maken van het ‘minimum awesome product’ vanuit de methodiek: ‘go broad to go narrow’, i.e. definieer zoveel mogelijk oplossingen om die dan te herleiden tot een aantal voor prototyping
- Valideer de go-to-market strategie
- Wees de trekker voor het voeren van experimenten om data te genereren die leiden tot beslissingen eerder dan diegene die de beslissingen neemt op basis van eigen ervaring.
- Definieer de grote doelstelling/ambitie
- Bouw een voldoende brede kennis op rond innovatiemanagement processen en tools binnen de organisatie
- Verwijder drempels die mensen hinderen in het voeren van experimenten om nieuwe klantennoden op te zoeken en te exploreren
- Inzicht inbouw in klantennoden veronderstelt 4 kernacties: vragen stellen, observeren, netwerken en experimenteren. Via associatief denken resulteren die 4 pijlers in nieuwe inzichten die een beginpunt vormen voor validatie. Relevante vragen zijn ‘wat als’, ‘waarom’, ‘waarom niet’, ‘wat verrast je’… Observeren vraagt om je onder te dompelen in de leefwereld van je klanten.
- Ontdek het echte probleem waar de klant een oplossing voor wil. De echte uitdaging daarbij is de echte wortel van het probleem/ambitie te achterhalen. Formuleringen zoals “Ik ben (klant met minimum 3 karakteristieke eigenschappen om het segment van klanten scherp te stellen). Ik probeer om (job-to-be-done + resultaat ervan). Maar ik (definieer probleem waar klant tegenop loopt). Omdat … (basisoorzaak waarom het probleem zich stelt). Het is in deze fase dat doorvragen en technieken zoals 5-keer-de-waarom-vraag-stellen nodig zijn.
- Eens het probleem gekend is, verschuift de focus naar het verder valideren van het probleem. Dat bv. door de 'cold-call test' waarbij je polst naar herkenning van het probleem en belangrijkste elementen voor de oplossing. Voldoende mensen met interesse bij cold calling kunnen erop wijzen dat je op een substantieel probleem gestoten bent. Een andere soort test is de ‘smoke test’. Een startpagina van een website met een call-to-action (bv. klik hier voor meer info) geeft ook een indicatie van de relevantie van het probleem dat je wil aanpakken. Het resultaat van deze fase is een krachtige visiestatement voor het probleem dat je wil oplossen.
- Een het probleem gevalideerd is, verschuift de aandacht naar prototypen van oplossingen. Ook deze fase start uiteraard met brainstorming om verschillende mogelijke oplossingen in kaart te brengen. Via selectie worden een aantal tot een prototype uitgewerkt. Daarna moet in kaart gebracht worden hoe enthousiast mogelijke klanten zijn over het prototype. Een 'Wow test' of 'netpromotor score' is daarbij handig, maar de ultieme test is natuurlijk de vraag wat mensen ervoor willen betalen.
- Validatie van het business model is de laatste stap voor scaling. Een topic dat al herhaaldelijk in deze blog aan bod kwam. Furr voegt hier weinig nieuwe elementen toe die al niet beschreven zijn in bv. het werk van Osterwalder en anderen. De uitdaging om ontwikkelingen doorheen de ganse keten te trekken bij innovatie, is ook bij grote bedrijven niet gering. Klanten moeten zich bewust worden van het potentieel, kans krijgen om het te evalueren, aan te kopen en te consumeren en dan bij voorkeur ook nog promotor te worden voor je aanbod.
Scaling,
elke startup en bedrijf droomt ervan om dat stadium te bereiken. Toch loopt
het daar nog vaak mis. Niet in het minst omdat men soms onvoldoende inziet dat
men de scaling-fase bereikt heeft. Veelal groeit de nood aan traditioneel
management als er veel tijd verloren gaat aan problemen oplossen en brandjes
blussen door een gebrek aan duidelijke processen. Scaling uit zich normaal ook
in de grootte van het team. Boven 15 à 25 dringen zich ook op vlak van HR meer
gestructureerde processen op. De Death Valley is dan nabij. Hou dan de bowling-techniek in het hoofd die vorige week in deze blog aan bod kwam.
Een methodiek die
een leidraad kan zijn bij scaling is V2MOM: vision (waar willen we naartoe),
values (wat is daarbij belangrijk), methods (wat gaan we doen om er te geraken),
obstacles (wat kan ons hinderen op weg naar succes) and measures (hoe weten we
of we op de goede weg zijn).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten