donderdag 15 december 2022

Wat Donella Meadows me leert over het impulsprogramma energietransitie en de living labs circulaire economie...

Bron: Meadows, 1999, UNDP/Carlotta Cataldi

De inkt van de COP27 was nog niet droog of wetenschappers en politici schreeuwden hun teleurstelling uit over wat er met die inkt was neergeschreven. Het dreef menig journalist tot poëtische uithalen zoals 'De COP was een flop'. Poëtische uithalen missen ook al eens doel zoals de Rode Duivels op het WK. Grinta lijkt de doorslaggevende succesfactor op dit WK. Feit is dat de COP duidelijk maakt dat er weinig reden voor optimisme is als het aankomt op wereldwijde akkoorden sluiten over het beheersen van de klimaatverandering. Akkoorden sluiten is dan nog maar de eerste stap. Ze uitvoeren is nog van een andere orde. 

Ingrijpen in de klimaatverandering kan je zondermeer een complex probleem noemen, simpelweg omdat het een complex systeem is. Wie veel zinnige dingen over complexe levende systemen heeft gezegd en geschreven was Donella Meadows. Deze Amerikaanse natuurwetenschapper was al in de jaren '70 actief in het onderzoeken van de mogelijke limieten op de economische groei door de druk op aardse grondstoffen. Ze was daarbij hoofdauteur van het boek 'The limits to growth' dat mee de basis legde voor de bevindingen van de Club van Rome. Donella Meadows beschreef niet alleen de problematiek, maar zocht ook naar mogelijke oplossingen. Die combinatie is redelijk zeldzaam als het over complexe problemen gaat. Ze focuste daarbij op mogelijke interventies op een levend en lerend systeem en hoe die kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van een systeem. Kenmerkend voor een levend systeem is dat  alles met elkaar samenhangt. Als een van de onderdelen wijzigt of verdwijnt of als er iets aan het systeem wordt toegevoegd, verandert het hele systeem. (Bio)diversiteit maakt een systeem veel schokbestendiger. Positief is dat meer en meer mensen dat beginnen te beseffen zodat het belang van biodiversiteit ook in economisch beleid een factor wordt. Het belang van het kunnen omgaan met schokken, is de afgelopen 5 jaar nogal zichtbaar. Eén van de redenen dat VLAIO het ook als thema opneemt in de KMO Groeisubsidie, een subsidie die een hefboom zet op de duurzame transitie.

Donella Meadows schetst 12 mogelijke interventies in een systeem in groeiende mate van effectiviteit. Effectiviteit wordt daarbij bepaald door de impact op het systeem.  Verder geeft ze aan hoe deze interventies elkaars effectiviteit kunnen beïnvloeden. 

  • Parameters (zoals subsidies, belastingen, normen, standaarden) bepalen de mate van invloed. De kraan verder open zetten, kan het leeglopen van een bad vertragen, maar als de afloop meer debiet aankan, zal dat het leeglopen niet verhinderen. Parameters veranderen ook zelden gedrag, uitgezonderd soms op korte termijn. Stengere milieuwetgeving kan de luchtkwaliteit verbeteren, maar de lucht blijft nog steeds vervuild. Wie weet dat hij een boete riskeert bij een flitspaal vertraagt daar, maar zal daardoor zijn mogelijk gevaarlijke rijstijl niet structureel aanpassen.
  • De grootte van systeembuffers aanpassen.  De impact daarvan op een systeem is reëel, maar het is moeilijk te realiseren. Dat geldt letterlijk bij een stuwmeer, zoals we met de zware overstromingen vorig jaar gemerkt hebben. Het gold ook met de beoogde groepsimmuniteit, een buffer tegen de verdere impact van een pandemie. Bedrijven zijn nu volop bezig meer stocks op te bouwen om minder afhankelijk te zijn van onzekere leveringstijden. Maar de grootte van een buffer snel aanpassen is niet mogelijk. Buffers hebben hun beperkingen als hefboom voor systeemverandering. Ze verminderen directe impact op korte termijn en kunnen de nood aan verandering zelfs eerder verdoezelen.
  • De structuur van materiële stromen maakt een systeem tot wat het is. De vergrijzing in onze maatschappij en de uitdagingen die dat met zich meebrengt zijn het gevolg van demografische evoluties. Structuur geeft voorspelbaarheid, maar de structuur wijzigen is vaak niet eenvoudig. De roep naar meer flexibele structuren is dus aanwezig is veel systemen (arbeidsmarkt, een gebouw, mobiliteit,…). Maar een structuur is dus zelden een vlotte hefboom voor systeemverandering omdat de structuur veranderen te lang duurt. De structuur is wel cruciaal als randvoorwaarde in het systeem en pogingen om dat te wijzigen.
  • Vertraging in respons bij systeemveranderingen.  Vertragingen in systeemrespons leiden vaak tot schommelingen in de systeemstatus. Je vervangt bv. in een machine een component door een goedkopere versie. 1 jaar later ontstaan er verderop in de lijn kwaliteitsproblemen. Men focust dan vaak op de locatie waar de problemen zich stellen. Niemand maakt nog de reflex om stroomopwaarts te gaan analyseren of er iets gewijzigd is dat de oorzaak kan zijn. Bij corona kan de mentale impact op jongeren een vertraagde respons zijn binnen enkele jaren. Vertragingen kunnen niet makkelijk worden veranderd.  Het is bij een interventie belangrijk om er aandacht voor te hebben.
  • De kracht van negatieve feedback loops. Alle levende systemen zijn gericht op het ontwikkelen van balans, waarbij negatieve feedback loops bewaken dat een systeem binnen veilige grenzen blijft. Als een systeem uit balans gaat, stuurt het zichzelf bij als de feedback systemen goed werken. Sommige van die feedback systemen zijn slechts zelden nodig, bv. een noodgenerator in een ziekenhuis.  Hun aanwezigheid is echter belangrijk om het systeem recht te houden als zich een uitzonderlijke omstandigheid voordoet. Een feedback loop installeren of bijsturen is dus een mogelijk hefboompunt om in te grijpen op de balans van een systeem en gedrag bij te sturen. De kracht van de feedback loop moet in lijn blijven met de impact van het systeem waarop ze bijstuurt. Als de macht van bedrijven globaliseert, moet de macht van een overheid dat ook doen.
  • De kracht van positieve feedback stromen. Een negatieve feedback loop corrigeert zichzelf. Als een kamer de beoogde temperatuur bereikt, zet de thermostaat de verwarming terug op een lager pitje.  Een positieve feedback loop kan zichzelf versterken. Hoe meer de bodem erodeert, hoe minder wortels er zijn om regenwater vast te houden en hoe meer erosie er zal zijn. Het beheersen van dat versterkend effect is een belangrijke hefboom. Teveel belonen positieve feedback loops in de maatschappij de winnaars. Rijke mensen vergaren steeds meer interesten, arme mensen moeten er steeds meer betalen. Meadows oppert al lang dat onbeheerste positieve feedback loops zullen leiden tot chaos, waarbij ze nog moeilijk beheersbaar worden met negatieve feedback loops.  Het woord 'bubble' is in de economie dan nooit ver weg.
  • De structuur van informatiestromen. Met negatieve en positieve feedback loops komen we al in hefbomen die draaien om informatie en het belang van transparantie over die informatie. De manier waarop informatie wordt ter beschikking gesteld is een belangrijke factor in gedragswijziging. Een mooi voorbeeld is de elektriciteitsmeter. Hoe zichtbaarder die is, hoe meer mensen bewust omgaan met hun elektriciteitsverbruik. Cruciaal voor gedragsverandering is maximale transparantie over het systeem en de impact van beslissingen op het systeem. Soms is het structureren van informatie letterlijk te organiseren: bv. een bedrijf dat loost in een waterloop, moet haar water uit diezelfde waterloop binnen trekken na het lozingspunt.
  • Regels van het systeem. De regels bepalen de randvoorwaarden van het systeem. De impact daarvan op een systeem zijn misschien het meest te verduidelijken als je kijkt wat Gorbatchov realiseerde in de vroegere USSR. De publicatiedruk op de universiteiten impacteert enorm het systeem. Dat zou er helemaal anders kunnen uitzien als je het succes van proffen afmeet aan de mate waarin ze bijdragen tot het oplossen van echte, maatschappelijke problemen. Ik kom nog uit een tijd waarin de volgorde van resultaten in een klas werd afgeroepen van beste naar slechtste. Veel goede studenten was een pluim voor de leraar. Zoiets bepaalt sterk het systeem. Dat ziet er anders uit als het succes van een leraar wordt afgemeten op de mate van succes van de ganse klas.
  • De kracht om systeem structuren te laten evolueren naar zelforganisatie. Levende systemen kunnen zichzelf veranderen. Evolutie noemen we dat. De mogelijkheid tot zelforganisatie is de strafste vorm van systemische veerkracht. Het menselijke immuunsysteem is in staat om zichzelf aan te passen aan nieuwe bedreigingen. En dat zonder dat er een geniale creator aan te pas komt, al is niet iedereen het daarmee eens.  Moest die er al zijn, is mijn conclusie dat hij vooral geniaal is in het opzetten van zelforganiserende systemen. Eenvoud lijkt daarbij de toon te voeren. 4 bouwblokken bepalen het DNA en dus alle leven op aarde. Zelforganisatie is in essentie een bouwdoos van bouwblokken waaruit je patronen kan selecteren en kan experimenteren om bestaande patronen contextueel te testen of de waarde van nieuwe patronen te verkennen. Het belang van biodiversiteit speelt in deze hefboom ook sterk. Species laten uitsterven in de natuur is voor het ecologische systeem vergelijkbaar met het vernietigen van alle wetenschappelijke publicaties en dragers op vlak van bv. DNA onderzoek voor het technologische systeem.
  • De doelen van het systeem. Die doelen bepalen immers de kansen op zelforganisatie van het systeem.  Alle hefbomen hierboven organiseren zich immers op dat doel. Feit is dat onderdelen in het systeem meestal duidelijke doelen voor ogen hebben, maar het meestal moeilijk hebben om het globale systeem doel voor ogen te brengen. Weet er iemand nog waarom we doen wat we doen? Moeder, waarom leven we?
  • Paradigma mindset waaruit het systeem ontstaan is. Paradigma als het dominante denkkader waaruit de werkelijkheid in het systeem beschreven wordt. De nood aan economische groei om het systeem niet te laten instorten is zo'n denkkader geeft Meadows aan. De doelen, de informatiestroom en feedback loops, de structuur en parameters worden daarop ingesteld. Meadows schat een paradigma shift hoog in als hefboom, terwijl het veranderen ervan toch een zeer traag proces lijkt. Ze argumenteert evenwel dat de paradigma shift begint op individueel niveau en dus in een seconde kan plaatsvinden. Iemand kan van vandaag op morgen beslissen om veel minder vlees te eten. Een paradigma shift op niveau van een maatschappij gaat evenwel veel trager.
  • De kracht van transcendente  paradigma's. Het besef dat geen enkel paradigma zaligmakend is. Nederige bescheidenheid dat je eigenlijk niet kan weten welk paradigma het beste is.  Dat besef is de beste garantie op kritisch denken en vermijdt dat je te ver meegaat in een paradigma dat door anderen naar voor wordt geschoven. Het lijkt me geen toeval dat kritisch denken, misschien wel de vaardigheid die we op dit moment wereldwijd het meeste nodig hebben, de sterkste hefboom geeft op systeemveranderingen.  

Meadows opdeling in hefbomen geeft je een kader waar je als individu zelf kan inschatten hoe je kan bijdragen tot systemische verandering. De valkuil is dat je geneigd bent te denken dat interventies hogerop in het systeem weinig effectief zouden zijn. We kunnen allemaal overtuigd zijn dat het paradigma moet veranderen. Dat duurzaamheid en inclusie het leidende principe moet worden in economie en maatschappij. Zonder actie, als is het op niveau van parameters en feedback loops, beweegt er niks. Dat geldt op niveau van een individu, maar ook op dat van regio's en landen.

Klimaatverandering is een wereldwijde uitdaging, maar als iedereen wacht op een wereldwijde paradigma shift verandert er niks en krijgen we chaos door zichzelf versterkende positieve feedback loops. 


In die zin is het positief dat de Europese Commissie doorzet met haar plannen om voortrekker te zijn in de nodige transitie. En ben ik fier dat we met VLAIO ook steeds sterker inzetten op die transitie. Dat geldt met het nieuwe impulsprogramma op energie-efficiëntie en groene energiedragers. Ja, het is een interventie hogerop in het systeem, maar zet aan tot actie. Het geldt zeker ook voor de ondersteuning van living labs circulaire economie. We steunden recent 22 projecten die een systeemdoorbraak willen ondersteunen naar een circulaire maakindustrie. Opzet is door een intense samenwerking tussen verschillende soorten organisaties (biodiversiteit!) doorbraken te realiseren op het niveau van waardeketens en ecosystemen met aandacht voor organisatorische, socio-culturele en technologische aspecten. Met VLAIO spelen we met deze ondersteuning wel in op een paradigma shift: een wijzigend denkkader dat innovatie veel meer omvat dan technologische innovatie en dat transformatie een samenspel is tussen verschillende type stakeholders. Enige zelfverzekerde bescheidenheid is nodig om bij te dragen aan systemische verandering. Wij slaan de hand aan de ploeg...