woensdag 3 december 2014

Wat George Boole mij leert over innovatie...

Het zal allicht geruisloos passeren in de pers, maar volgende week maandag is het exact 150 jaar geleden dat George Boole overleed. Zoals wel meer het geval is met genieën deed hij dat veel te jong, kort na zijn 49ste verjaardag. Je moet zelf trouwens geen wiskundig genie zijn om het belang van deze Britse wiskundige naar waarde te schatten. Als grondlegger van de Booleaanse logica, legde hij mee de fundering van de digitale wereld die momenteel alle sectoren op haar grondvesten doet schudden. En dat op basis van 3 operatoren (And, Or, Not) en 2 eenheden (0 en 1). Il faut le faire.

Boole beschouwde logica niet zozeer als een tak van de wiskunde, maar vooral ook als een manier om het universum zelf te beschrijven en begrijpen. Elk object wordt immers gekenmerkt door een karakteristieke groep van eigenschappen. Stel dat X de groep van zwarte objecten is en Y is de groep van vogels, dan is XenY de groep van zwarte vogels. (1-X) is dan de groep van alle objecten, behalve de zwarte... Een variant daarop is de propositielogica, die de boole operatoren gebruikt om redeneringen op te bouwen: ontkenning, conjunctie (stelling A en B zijn waar), disjunctie (stelling A of stelling B is waar), implicatie (als A waar is dan is B waar) en equivalentie (A als en slechts als B).

Booleaans logica is eigenlijk een mooi staaltje van KISS, Keep It Short and Simple. Hoewel over de 'simpel' de meningen verdeeld zijn in universitaire aula's.  Vraag is of je in innovatietrajecten je voordeel kan doen met de propositielogica van George Boole.  Ik denk van wel. Innoveren is per slot van rekening gebaseerd op het maken van hypotheses om de onzekere toekomst te vatten. "De markt vraagt het meeste achter feature A en feature B" om maar één hypothese te benoemen. Op zich een interessante hypothese maar ze geeft weinig ruimte tot discussie en leereffecten.  Vergelijk dat met: "De markt vraagt het meeste achter feature A of achter feature B". De 'of' boole operator is veel interessanter. Deze propositie biedt ruimte tot discussie. Je kan hierover in een team van mening verschillen. Enkel onderzoek zal duidelijk kunnen maken welke van de 2 effectief het meest relevant is voor de markt. Meteen de basis voor de bekende A/B test die ook in de lean start-up gehanteerd wordt. Door mogelijke gebruikers in te delen in 2 groepen en die kennis te laten maken met respectievelijk feature A of B, kan gevalideerd worden welk  van beiden het best aansluit bij de marktnoden.

Als ik morgen met doorweekte klederen aan ga lesgeven, dan krijg ik geen dodelijke longontsteking. Een zeer waarschijnlijke propositie, maar toch is dat wat George Boole overkwam in 1864. En dat illustreert meteen ook de beperking van de propositielogica. "De markt vraagt het meeste achter feature A of achter feature B" gaat er vanuit dat een van beiden nodig is. Zelfs dat is geen zekerheid bij innovatie. Een goede validatie vraagt dus net iets meer dan een A/B test...

2 opmerkingen:

  1. Mooi bruggetje (alweer) naar innovatie, Kurt. Maar vooral dank voor het in herinnering brengen van de hele simpele essentie van al het grootse dat Boole aan deze wereld heeft bijgedragen.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Volgend jaar is het 200 geleden dat hij geboren werd, dus allicht krijgt hij dan iets meer aandacht

      Verwijderen