Vliegen is echter maar één van de functies van de veren. De donsveren dicht bij de huid houden lucht vast en creëren daardoor een isolerende laag, die verkoelt bij warmte en verwarmt bij koude. Dekveren helpen dan weer om de huid te beschermen tegen mechanische schade, water en teveel UV straling. Slagpennen geven dan weer lift en stuwkracht. Veren kunnen ook zorgen voor camouflage, maar omgekeerd ook voor communicatie. Die communicatie speelt vooral bij het afschrikken van predatoren en het aantrekken van een partner. Een pauw die zijn staart opendoet is best indrukwekkend voor een mogelijke predator, niet alleen door de grootte, maar ook door de felle kleuren. Al is het openen van de staart een delicate afweging, want als de predator niet onder de indruk is, is gaan lopen niet echt meer een valabele optie. Diezelfde mannelijke pauw wil met zijn open staart indruk maken op een vrouwelijke partner. Onderzoek met eye-tracking camera's toont aan dat de pauwin niet zozeer aangetrokken lijkt door specifieke kleurpatronen, maar eerder door de breedte van de staart. Anders gezegd: hoe breder de staart, hoe kleiner de kans dat ze afgeleid wordt door andere zaken in de omgeving. Die staart trok in het verleden ook al de aandacht van menig innovator, bv. als inspiratiebron voor de productie van milieuvriendelijke kleurstoffen. Uilenvleugels en hun veren zijn dan weer de inspiratiebron geweest voor productie van stille windturbines. De vlucht van de kolibrie inspireert dan weer drone bouwers.
Bij veel vogels zijn een kleurrijk vederkleed wel degelijk een belangrijke troef in het vogels verleidingsspel. Onderzoek aan de universiteit van Sheffield toont aan dat zangvogels die leven in de buurt van de evenaar tot 30% meer kleur hebben dan soorten die meer noordelijk of zuidelijk leven. Een vaststelling die Charles Darwin al deed, maar nu door vergelijkend onderzoek van 4500 zangvogels is aangetoond. Een mogelijke verklaring is dat ze meer vruchten en bloemennectar eten, wat de nodige extra voedingsstoffen geeft voor overvloedige kleurvorming. Evolutie zou er evenwel ook voor zorgen dat in de dichtere regenwouden rond de evenaar net die soorten zich goed voortplanten die voldoende opvallen in deze omgeving.
Context is belangrijk als je kijkt naar evoluties in de natuur. En die context is zelf een dynamisch concept. Zeker nu geopolitieke spanningen weer toenemen en meer en meer impact krijgen op de economie en markten, speelt dat menig bedrijf parten. Kijk maar naar de zenuwachtigheid bij de Europese wagenfabrikanten. Gisteren bleek de NMC batterijtechnologie nog de norm, vandaag wint de LFP batterij razendsnel aan belangstelling en slaat de twijfel toe welke investeringen nu nodig zijn. De toegang tot data/informatie is groot, maar meer informatie betekent vaak ook meer onzekerheid als de waarde van de informatie niet (meteen) duidelijk is. Informatie overload resulteert dan in onvoldoende onderscheid tussen essentiële en onbelangrijke gebeurtenissen. Dat maakt markten beduidend volatieler en ondernemen lastiger. Meaning is context bound, but context is boundless. Innovatie wordt dus nog meer een iteratief en interactief proces waarbij continue feedback en tijdig durven bijsturen op basis van feedback en nieuwe data een sturende factor is. De uitdaging voor politici is van een zelfde orde...